eigen bevindingen!

 De meeste van ons visser hebben een eigen steil van vissen maar er blijven toch voorvallen waar je niet 1,2,3,een pasklaar antwoord op hebt dat ,soort eigenaardigheden geef ik weer op deze pagina ,hetgeen niet wil zeggen dat de snoek op alle wateren het zelfde gedrag vertoont....

De vang van de molen:  De benamingen die ik al gehoord heb voor het aanduiden van dit onderdeel lopen nog al uiteen. Met de vang bedoel ik de beugel die over de spoel heen en weer klapt en in 'gesloten' positie, met draaien aan de slinger, er voor zorgt dat de lijn op de spoel gedraaid word. Bij oudere werpmolens hoefde het veertje ,dat er voor zorgt dat de vang dicht kan 'slaan' ,er alleen maar voor te zorgen dat hij de beugel richting dichtstand duwt want de beugel word in de openstand door een pennetje vast gehouden, deze constructie kom je nu nog weinig tegen maar het veertje ging weinig of nooit stuk.

De vorm van de veertjes die nu gebruikt worden lijken totaal niet meer op het veertje wat ik hier boven beschreef ,deze waren gewoon rond en nu , ja ze lijken wel op elkaar maar hebben twee pootjes gekregen omdat ze voor het dichtslaan en voor het open houden van de beugel moeten zorgen ,twee keer zoveel werken dus voor de jongens .En dat is te merken ook want je weet nooit wanneer ze de geest geven ,ja langs de water kant en dan is de vispret meestal over!!!!! Het is verdomd lastig om dan weer aan het juiste type veertje te geraken, of je bent afhankelijk van een look a like die je nog even op maat moet buigen .Maar daar ben je langs de waterkant niet mee gered .WEL NU je stopt in je tas of bij je spullen die je doorgaans ALTIJD bij je hebt met vissen een stuk RVS draad 0.8 mm een rondbek tangetje en een schroevendraaiertje, met deze benodigd heden maak je langs de water kant even een kopie van het oude veertje ,zonder breuk natuurlijk ,en je kan weer door vissen .EEN reserve veertje mee nemen is toch makkelijker, ja dat klopt maar het zal mij niet de eerste keer zijn dat deze het nog geen uur volhoud, of hij zit net in dat andere doosje wat nog thuis staat.RVS draad 0.8 mm heb ik altijd mee dit gebruik ik ook voor spinners te maken en voor het vissen met jerbaits in plaats van staaldraad .Het zal je verbazen hoe sterk het veertje is en hoe lang het mee gaat .Ik heb een werpmolen een  RYOBI 3000 van deze molen is het mij niet gelukt om een origineel veertje te bemachtigen hier heb ik een eigen bouw RVS veertje in gemaakt dat nu al ruim een jaar naar behoefte zijn werk heeft gedaan.            

Word nog wel eens vergeten:  Snoeken houden van rust,dat is goed te merken op waters waar veel activiteiten plaats vinden dan zul je merken dat de activiteit van de snoek minder word naar mate het drukker word op of rond het water.Dit verschijnsel is niet afhankelijk van het jaargetij. Als je op een water vist waar veel sportvissers rond rennen of veel witvisser zitten zal je zien dat bij het kommen van de eerste de snoek vertrekt, en met het gaan van de laatste de snoek weer weder keert.Op ondiep water valt dit natuurlijk snel op,wij houden er nog wel van om in een ondiepe wetering in het dorp te vissen en als we dit doen moet dit voor de drukte uit dan is er leuk te vangen ga je wat later dan is het nop,of tegen het donker na de drukte is het er ook weer feest ,toch staat er plaatselijk 1.5 meter water.Er is ook nog een oud gezegde:  gaat de boer van de akker dan word de snoek wakker!     deze slaat meer op het jaargetij maar toch........

We hebben het uitgeprobeerd met voeren ,ze blijven iets langer maar verdwijnen toch je zit het grote deel van de dag voor joker.Op een rustig stuk in de polder hebben we het zelfde gedaan en hier blijft de snoek nagenoeg de hele dag door de voerplek bezoeken.Over voeren gesproken dit hoeft niet met vis te gebeuren als wij een luie dag hebben dan zorgen we er gewoon voor dat er een beetje leven in het water is bij ons doodaas, gewoon door regelmatig wat voer te gooien om de wit vis te lokken , en met wat bedoel ik regelmatig een handje en niet in 1 keer de sloot dempen.               

Voor de vlok visser: Zelf vis ik graag met een flinke vlok op karper ,waar ik woon is de karper nog goed te vangen aan brood. Het vervelende van het actief met brood vissen is, dat een vlok er naar tweemaal ophalen af is en als dat niet het geval is dan doen de voorns het wel. Daar hebben we het volgende op gevonden, wat je nodig hebt is een klosje witte rijggaren en brood. Het kan ook langs de waterkant maar meestal maak ik de dag te voor al wat vlokken klaar??Je neemt een pluk brood ter grote van het formaat waar je mee wilt gaan vissen uit een snee brood,deze vouw je om en rolt hem in het midden met een lichte druk in elkaar,op deze plaats draai je een paar wikkelingen garen niet te slap en knoopt de uiteinden aan elkaar,hier steek je straks ook de haak achter het garen langs in het brood. meestal maak ik er een stuk of tien een stop deze samen met een vochtig lapje in een klein doosje zodat het brood niet uitdroogt.Het zal je verbazen maar het blijft verbluffend lang op de haak zitten, het blijft zelfs goed zitten tijdens een flinke worp, na het eerst even dopen voor het gewenste werp gewicht.Dit gebruik ik ook voor een drijvende vlok op karper of ruisvoorn, dat kleine spetterspul krijgt je haak er dan tenminste niet uit. Met de korst gebruik ik het ook maar dan alleen op afstanden waarvoor de korst flink water moet bevatten voor de worp Het klinkt vreemd en is even pielen  maar is de moeite van het proberen waard !!!!!                           

Hulpmiddeltje: Als je in de polder vist is het haast ondenkbaar,voor ons in ieder geval, dat je niet vast komt te zitten, is het niet onder de kant dan wel aan een flinke stronk en dan wel zo vast dat je hem niet los getrokken krijgt. Dat overkomt ons tig keer op een vis dag ook tijdens het slepen met kunstaas, en dat kan vast zitten!. Op het water waar we doorgaans slepen staat ongeveer 1meter25 water en is een oude veen plas,op de bodem barst het van wortels en stronken, dat is mooi te zien als door de bodem werking grote stukken veen omhoog gedrukt worden. UIT de periode dat er nog overwegend met levend aas werd gevist,toen had je de kunstaas redders nog niet, kreeg je een stevig onder de oever vast gezwommen vis ook met een anker haak niet los.Mijn vader had toen de in mijn ogen perfecte en simpele oplossing, deze gaat van daag de dag nog altijd mee naar de waterkant!!!! Simpelweg een HARK met een steel van ongeveer 1.5 meter en het aantal tanden van de hark terugbrengen naar 3 of 4 en de mogelijkheid om de steel met nog eens 1.5 meter te verlengen. Het verlengstuk is bij ons hooguit twee keer nodig geweest.Het meest gebruiken we dit hulpstuk van uit het bootje maar is vanaf de kant ook al diverse keren van pas gekomen zeker als mijn plug in de boom hing. Als je een hark bij je hebt krijg je wel te horen......ga je, je tuintje harken,ook die vissers nemen na het zien van het gemak de volgende reis iets dergelijks mee                    

Het welzijn van de snoek   het vissen op snoek in de zomer heeft zo zijn nadelen voor de vis. WIJ hebben zelf voor ons gesteld dat als het een langere tijd al behoorlijk warm is en de temperatuur oploopt tot boven de 25 graden dan gaan wij uit behoud voor de snoek hier niet op vissen.Daar het water in de polder dan toch al aan de warme kant is en de omgevings temperatuur ook hoog is, is het voor de snoek vooral de grotere vissen de nekslag als deze na meestal een felle strijd dan ook nog het water moeten verlaten, het gebeurt dan dat de snoek binnen enkele seconden gaat ruiken als een dooie vis en de slijm laag gaat vreemd stroef aanvoelen en laat los van de vis.De overlevings kans van zo een vis is nagenoeg nul, hij zal na veel moeite nog wel wegzwemmen maar of hij het overleeft ?????    ONDER ZULKE OMSTANDIGHEDEN SLAAN WIJ EEN PAAR DAGEN SNOEKEN OVER !!          DENK AAN DE VIS !    

Waar de snoek te vinden:  Hier zijn de meningen nog al over verdeeld maar wij zijn van mening dat het volgende toch wel een aardig hou vast is om de grotere jongens achter de vodden aan te zitten,met groter bedoel ik snoeken van boven de 95 cm, maar voor alles heb je uitzonderingen op de regel.De kleinere exemplaren zijn in de polder over het algemeen het gehele seizoen overal te vangen.Als ik het over een seizoen praat dan is dat van juli tot maart.    Als het al vroeg in het jaar warm is dan zal je de diepere of breed en diepere sloten of vaarten moeten op zoeken als je al in juli gaat snoeken, waarom? de grote jongens hebben een hekel aan warm water als er geen verkoeling in de buurt is. Als het water een constante diepte heeft van 1 meter word het moeilijk groten te vangen je vangt ze af en toe maar die zijn broodje mager.Als de diepte oploopt tot 2meter dan is de kans al groter, dan liggen ze overdag op het diepste deel of als er plompe bladen staan onder het dichtst begroeide deel, idem met planten groei, op deze waters komen ze tegen de avond naar de kant, meestal het eerst op de schaduw zijde,en zijn ze tegen of onder de kant te vangen,dit komt omdat de witvis in de avond ook naar de kant trekt om voedsel te zoeken. In de vroege ochtend trekt alles weer het wijde op, onder de kant vandaan het tijdstip varieert en is afhankelijk van de hoeveelheid bewolking.De kleinere exemplaren blijven de gehele dag door onder de kant te vangen deze hebben geen hekel aan het opgewarmde water .De groten daarentegen zoeken de maanden daaropvolgend steeds dieper water op,dieptes tot en met 6meter is geen uitzondering (afhankelijk van de helderheid van het water de 'spronglaag' ) .Wil je de groten dan gericht bevissen moet je het diepe water op dit blijft zo tot de maand oktober november dan begint de spronglaag op te lossen en gaat de grote snoek weer zwemmen, de polder in dan heb je in de polder weer meer kans om metersnoeken te vangen. gedurende de winter is de gemiddelde watertemperatuur bij de bodem nooit lager dan 4graden(overal ook op grote diepte) maar op mooie dagen loopt het water er boven iets op in temp en dat vinden ze weer wel lekker ,deze dagen is het vissen op groot en diep water afzien daar de snoek dan overal en nergens kan liggen, naar mijn inziens op smaller en ondieper water  achter de witvis aan .Deze periode duurt tot eind januari half februari dan beginnen de grote weer naar het bredere water te trekken en vang je ze uitstekend op dieptes van 2meter en ook weer regelmatiger op de plas .Wij zeggen dus het volgende :in de zomer diep 2-7meter en in de winter  ondieper 1-1.5meter water.                  

Hier uit heb ik geleerd dat kleur en vorm geen vanggarantie geven in een volgend seizoen ,ook daar dit geheel geen uitzondering is geweest geeft aan dat een beetje variatie in je viskoffer geen luxe is ,het niet verkeert is dat als je er van overtuigd bent van de aanwezigheid van snoek je net zo lang moet wisselen van kunstaas tot je reactie krijgt.Nu zeg ik niet dat hier geen uitzondering is zelf heb ik nog een BIG s plugje dat al jaren snoek vangt als ander kunstaas het laat afweten.     

doodaas:op het moment dat bekend werd dat het vissen met de levende aasvis verboden zou worden grootte paniek , we hadden wel eens met een dode vis gevist maar nog nooit een snoekje op gevangen en met kunstaas waren we al eveneens geen kunstenaars vandaar....niet bij de pakken neer gezeten zijn we een beetje aan het experimenteren gegaan en ,op het water waar wij vissen ,een aantal dingen aan de weet gekomen .Het water is er over het algemeen helder zodat je ook een hoop dingen kunt zien die daar beneden gebeuren .

Het vissen met doodaas was de eerste poging met een dode voorn gewoon op de bodem op het tuig dat we ook voor levende exemplaren gebruikte ,de aanbeten die ik kreeg waren voorzichtig en weinig in vergelijk met wat we gewend waren,de snoek pakte de aasvis voorzichtig op en leek hem wel te wegen met meest loslaten als gevolg, gebruikten we een zeevis dan werd deze doorgaans minder voorzichtig gepakt. Met slepen een haak door de lip met dregje op de rug dan draait de vis langzaam, volgens de literatuur moest dit het zijn, een enkele felle aanbeet en een hoop volgers die het aas even aanstoot en verdween, het overgrote deel waren snoekjes tot 85cm de grotere gaven geen gehoor met aanpassingen van tuig en aanbieding van het aas is het resultaat van vangen weer bijna op niveau.

Wat ons is opgevallen is dat en snoek als deze het op een baars voorzien  heeft deze er net zolang omheen draait dat hij hem van voor over de kop kan pakken, het gebeurde ook dat de baars zijn belager had opgemerkt ,dan liet de baars zich naar de bodem zakken en ging op z'n zij op de bodem liggen waarop de snoek de baars ongemoeid liet en doorzwom ? Ook is het een mooi schouwspel om te aanschouwen hoe een metersnoek zijn prooi pakt , in de meeste gevallen dat we dat hebben mogen zien naderde de snoek zijn prooi van achteren , tergend langzaam en zoog de vis naar binnen in plaats van deze als een dolle te bespringen. Ook een zwevende dooie vis word vaak op die manier gepakt. Een dooie vis heb ik ook van de grond zien pakken deze werd heel voorzichtig aan een puntje gepakt en van de grond gelicht los gelaten en op het moment dat deze weer langzaam richting bodem verdween werd hij in z'n geheel naar binnen gezogen , Drijvend met een dode aasvis tegen overhangend vuil levert ook snoek op(aasvis drijvend in de oppervlakte ) ook dan word de aasvis eerst voorzichtig naar beneden getrokken en dan pas goed gepakt , dit gebeurt nog voorzichtiger dan een karper een broodkorst neemt.      

De meeste vangsten doen wij dan ook op een dode aasvis die in een normale zwemhouding word aangeboden of het nu stilliggend of gesleept is (zie de foto op de pagina hoe vissen wij )

succes  team A.C.E .